عَنْ عَائِشَةَ أُمِّ المُؤْمنين رَضيَ اللهُ عنها قَالَتْ: سَمِعْتُ رَسُولَ اللهِ صَلَّى اللهُ عَلَيْهِ وَسَلَّمَ يَقُولُ:
«يُحْشَرُ النَّاسُ يَوْمَ الْقِيَامَةِ حُفَاةً عُرَاةً غُرْلًا» قُلْتُ: يَا رَسُولَ اللهِ النِّسَاءُ وَالرِّجَالُ جَمِيعًا يَنْظُرُ بَعْضُهُمْ إِلَى بَعْضٍ؟ قَالَ صَلَّى اللهُ عَلَيْهِ وَسَلَّمَ: «يَا عَائِشَةُ، الْأَمْرُ أَشَدُّ مِنْ أَنْ يَنْظُرَ بَعْضُهُمْ إِلَى بَعْضٍ».
[صحيح] - [متفق عليه] - [صحيح مسلم: 2859]
المزيــد ...
Overgeleverd door ‘Aisha, de moeder der gelovigen, moge Allah tevreden met haar zijn, die zei: Ik hoorde de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zeggen:
"Op de Dag des Oordeels zullen de mensen worden opgewekt naakt, blootsvoets en onbesneden." Ik vroeg: “O Boodschapper van Allah, zullen mannen en vrouwen dan allen elkaar zien?”
Waarop hij (vrede zij met hem) antwoordde: «O ‘Aïsha, de situatie zal zo verschrikkelijk zijn dat zij niet eens naar elkaar zullen kijken."
[Authentiek] - [Overeengekomen tussen al-Boekhari en Moeslim] - [Sahih Moeslim - 2859]
De Profeet (vrede zij met hem) beschreef een aspect van de Dag des Oordeels, namelijk dat de mensen na hun opstanding uit de graven verzameld worden voor het rekeningschap, in een toestand van naaktheid, zonder schoenen en kleren, onbesneden en onbedekt zoals zij ter wereld kwamen. Toen hoorde ‘Aïsha, de Moeder der Gelovigen, dit en vroeg vol verbazing: “O Boodschapper van Allah, zullen mannen en vrouwen dan allemaal elkaar zien?” De Profeet (vrede zij met hem) maakte haar duidelijk dat de omstandigheden en de ontzagwekkende gebeurtenissen van die Dag zó overweldigend zullen zijn dat niemand aandacht zal schenken aan het zien van elkaars naaktheid.